- Terug
- Zo was 't
- Onstwedde is EENZIJDIG belicht...
Onstwedde is EENZIJDIG belicht...
Afl. 21 – 25-03-2013
’t Kan soms merkwaardig, om niet te zeggen hoogstmerkwaardig, lopen.
Dezer dagen kreeg ik van een Chr. Gereformeerde dorpsgenoot* een foto onder ogen, die hij weer had gekregen van een andere Chr. Gereformeerde dorpsgenoot**. Een foto die een buitengewoon markant beeld gaf van de Hervormde kerk, zoals die was vóór 1927.
“Een mooi staaltje van oecumenische rondgang”, zult u zeggen. Inderdaad, ware het niet dat een zó fraai-duidelijke foto van de Hervormde kerk uit de tijd, dat de noordwand nog één langgerekte blinde muur was, mij nog nooit eerder onder ogen was gekomen. En u waarschijnlijk ook niet.
Begrijpelijk. Want als we de foto in detail goed bekijken, moeten we vaststellen, dat de foto is bewerkt, gemanipuleerd.
Desondanks vinden we dat de foto zo duidelijk de situatie vóór 1928/'30 weergeeft, dat we 'm tòch geplaatst hebben. We hopen, dat u dat deze keer kunt billijken.
Als u onze dorpsgeschiedenis een klein beetje kent, weet u dat de Hervormde kerk + de Juffertoren in de jaren 1928/’30 een zeer uitgebreide restauratie hebben ondergaan. Er kwamen o.a. gotische ramen in de noordwand, aan de zuidkant werd een consistorie aangebouwd, de toegangsdeur aan de achterkant van de toren werd dichtgemetseld (= nog altijd zichtbaar) en de kerkklok verdween uit het galmgat en verhuisde naar binnenin de toren.
Als u de foto bekijkt, zult u gemakkelijk snappen waarom je vroeger regelmatig kon horen, dat (de kerk van) Onstwedde éénzijdig werd belicht. Er kon immers alleen maar zon-/daglicht binnenvallen vanuit het zuiden (=de achterkant) en nog een beetje vanuit het oosten (=links op de foto). Dat er in die opmerking soms ook iets van een sneer verborgen zat richting de (vaak) oerconservatieve instelling van de Onstwedders, was daarbij voor sommigen een “aardige” bijkomstigheid.
Uiteraard is die dichte noordmuur niet ‘zo maar’ dicht gebouwd. De echte kou komt immers meestal uit het noorden en glasvensters laten die koude nou eenmaal gemakkelijker door dan een massief-gesloten muur. Gewoon praktisch dus.
Bovendien mocht in de katholieke tijd (tot 1594) het licht uit het gewijde kerkgebouw niet vallen op de ongewijde dodenakker aan de noordkant. Daar werden de ongelovigen, de misdadigers begraven (zie hiervoor ook het verhaal ‘De moord op pastoor Else’ in de rubriek ‘Taikens & Toal’ van enkele maanden geleden) en die hadden geen recht op ‘gewijd licht’.
Maar er is meer te zien. Deze foto laat overduidelijk de uiterst merkwaardige draaiïng in de torenspits zien. ’t Lijkt daardoor alsof de hele toren scheef staat. Volgens de overlevering is dat de wraak van de aannemer toen die, - ergens in de 12e/13e eeuw -, bij de ombouw van de al bestaande verdedigingstoren tot kerktoren, hooglopende ruzie kreeg met de Juffer-/opdrachtgeefster. Uiteraard moest hij uiteindelijk doen wat zij wilde, maar hij heeft volgens het verhaal toen in z’n baard gegromd: ”Ik zal jou wel krijgen, lelijk kr…”
Tal van schilders hebben een poging gedaan om die gekke draaiïng in hun kunstproductie weer te geven. Voor zover ik weet is dat tot dusverre niemand echt gelukt.
Je zou kunnen zeggen dat kerk en toren zoals op de foto te zien, een ode, een lofzang zijn op de Onstwedder kloostermoppen-/ baksteen-industrie. Op de Tichelberg (hoek Dwarsstukker- en Zijdstukkerweg) was en is leem van uitstekende kwaliteit te vinden en veen om de ovens gloeiend heet te stoken was vlakbij, in VEENhuizen, genoeg te vinden. Er zijn vage aanwijzingen, dat de ovens van de Tichelberg in de 12e/13e eeuw DE steenleverancier waren voor de wijde regio. Dat de ribversieringen aan de ster- en kruisgewelven in de kerk van bewerkte (bak)steen zijn gemaakt, is mogelijk een eerbetoon aan diezelfde Tichelbergse steenindustrie.
Trouwens: de hele bouwstijl van o.a. de Onstwedder kerk wordt in deze tijd wel aangeduid als ‘Groninger baksteen-gotiek’.
Misschien vindt u mijn verhaal van hierboven iets te lyrisch. Daarmee ben ik ’t eigenlijk wel eens. Als je nl. de totale aanblik van het gebouw op je in laat werken, dan moet je heel eerlijk zeggen: Zó massief, zó ontoegankelijk (2 mini-deurtjes) hoort een godshuis toch niet te zijn? ’t Lijkt welhaast een bunker.
Terwijl de indruk van eeuwenoude soliditeit is behouden, oogt het kerkgebouw van nu een stuk opener, gastvrijer. We mogen alleen al daarom vaststellen, dat de restauratie van 80 jaar geleden een enorme verbetering is geweest.
Van eenzijdige belichting is geen sprake meer. Het kerkgebouw heeft veel meer een uitnodigend karakter. En met Pasen bv. kunnen licht en geluid nu dwars door de ramen heen naar buiten, de wereld in. Zodat iedereen die dat wil ’t kan horen:
“Een heerlijk morgenlicht breekt aan,
De Zoon van God is opgestaan!” (Joh.de Heer 25:1)
Met dank aan * Frits van der Heide (het interessante en goed gedocumenteerde boek van zijn hand over de geschiedenis van de 100-jarige Chr. Geref. kerk in Onstwedde, komt eerstdaags uit. Verkrijgbaar op de Open Dag van de kerk op zaterdag 6 april van 10.00 - 16.00 uur à € 20,50) en ** Dennis Wubs (kenner van de bijzonderheden van vrijwel alle kerkklokken in het noorden).
© Klaas Meijer (k.meijer@onstwedde.info)