- Terug
- Zo was 't
- “Onder de Clockenslagh van Onstwedde”
“Onder de Clockenslagh van Onstwedde”
AfL. 109 – 03-11-2016
Even vooraf, voor het goede begrip:
1.) ik ga in het verhaal van deze aflevering voorbij aan de luidklokken van de Gereformeerde - en de Chr. Gereformeerde kerk, puur omdat
a.) deze van (veel) jongere datum zijn;
b.) omdat deze klokken recent geen onderhoud hebben gehad;
2.) deze aflevering van ‘Zo was ‘t’ gelieve u te lezen in combinatie met afl. 50 (nov. 2016) van ‘Taikens & Toal’, midden-midden op de hoofdpagina van deze website.
Toen de Juffertoren in z’n huidige vorm in gebruik werd genomen, - ’t blijft duister of dat nou in 1124 of in 1324 was -, zaten er 4 galmgaten in; naar elke windrichting één. In elk van die boogvormige openingen hing oorspronkelijk een luidklok(je). Die klok diende niet alleen om de gemeenteleden ’s zondags naar de eredienst te roepen, maar luidde tevens voor de hele regio Onstwedde als de nood aan de man was. Zeg maar: als een voorloper van de sirene, die tegenwoordig op de eerste van elke maand om 12.00 uur even op z’n werking wordt beproefd. In die zin bleef de Juffertoren nog een deel van de functie vervullen die hij voordien (toen nog zonder spits) ook had: als een zgn. ‘weertoren’, een toevluchtsplek in uiterste nood. Ik hoef u toch niet meer te vertellen, dat die oude weertoren nog altijd binnenin onze Juffertoren zit en dat o.a. daardoor de muren zo dik zijn, hè?
In het kader van de recente onderhoudsbeurt* aan de Juffer-luidklok wil ik met u de historie van die klok in grote lijnen onder de loep nemen.
1.) In 1697 verkoopt de kerkvoogdij van de Hervormde Gemeente één (of meer?) klok(ken) aan de Hervormde zuster-gemeente in Bellingwolde. Daar wordt die klok omgegoten tot luidklok van de Magnuskerk.
Naar de reden van die verkoop kunnen we slechts gissen. Mogelijk heeft ’t te maken gehad met het verhogen van het dak in die tijd. De sporen van dat verhoogde dak zijn nog altijd duidelijk zichtbaar.
2.) ’t Is vrijwel zeker, dat Onstwedde vanaf 1812 slechts één luidklok heeft. Die klok is in dat jaar door de befaamde klokkengieters van Van Bergen & Fremy uit Midwolda gegoten op het kerkhof bij de kerk. In die tijd was ’t de gewoonte, dat een klok ter plekke werd gegoten.
Omdat Onstwedde een groot kerspel was (= kerkdorp met veel omliggende gehuchten) wordt die ene overgebleven klok IN de noordelijke galmopening gehangen, de naar het dorp gekeerde kant. Door ‘m IN de opening te hangen kan het geluid zich beter verspreiden.
3.) In 1927 wordt de klok BINNENIN de toren gehangen. Een nieuwe grenenhouten klokkenstoel en een nieuwe luidas worden daartoe aangebracht. Een en ander gebeurt in opdracht van de architect onder wiens leiding ook de grote restauratie van 1929/’30 wordt uitgevoerd. U weet wel: die restauratie waarbij er o.a. ramen in de toen nog volledig blinde muur aan de noordkant (voorzijde) werden gemaakt. Die restauratie, waarvan de architect nooit een verslag heeft gemaakt… “Dai lummel!”
De luidklok is vanaf dat moment niet meer in het hele kerspel te horen. Het begrip, dat Smeerling, Ter Wupping, Barlage, Vledderhuizen, Holte, Veenhuizen en Ter Maarsch “vallen onder de clockenslagh Onstwedde” heeft z’n betekenis grotendeels verloren. Je zou kunnen zeggen: de toren was te groot voor de klok, of: de klok was te klein voor de toren. n Minne bourel!
4.) Op 11 maart 1943 pikt de Duitse bezetter de torenklok uit 1812 met een diameter van 120 cm. en een gewicht van 1.070 kg. in. Zij hebben er een “goede” oorlogsbestemming voor…
Volgens overlevering werd de klok tot het begin van de 2e W.O. in 1940 dagelijks geluid om 8.00, 12.00 en 18.00 uur. Dat heette het ‘Onze Vader-luiden’. De achterliggende gedachte was: denk erom, dat je bij het eten niet vergeet het ‘Onze Vader’ te bidden.
In de praktijk van alledag werden die luid-momenten gehoord als het tijdstip waarop de landarbeiders hun werk neerlegden omdat het etenstijd was.
5.) Na de oorlog wordt de luidklok enorm gemist. Een kerk die geen klok kan luiden is eigenlijk maar een halve kerk, zo is de algemene opinie. Er moet dus een nieuwe komen.
In 1947 is klokkengieter Jacobus van Bergen (ja inderdaad: een telg van de al genoemde klokken-gietersfamilie uit Midwolda) zover. De nieuwe luidklok (doorsnee 121,4 cm. en een gewicht van ca. 1100 kg.) kan in de toren worden gehesen.
Kunstmesthandelaar Berend Wolfs haalt de klok op 9 december uit Midwolda. Aan spierkracht voor het hijsen heeft 't kennelijk niet ontbroken, want al op 10 december 1947 om 17.00 uur beieren de eerste klanken van de nieuwe (en de huidige) luidklok over ons dorp.
Als randschrift heeft hij meegekregen (zie de foto bij deze aflevering):
“De vijand heeft de oude klok genomen.
In plaats daarvan ben ik gekomen.
Dat ik mag luiden als weleer,
de mens tot heil en God ter eer.”
6.) De afgelopen jaren is er helaas snel verergerende schade ontstaan aan de klok. Vooral door een eigenlijk foute ophanging slijt de zware klepel sneller dan gewenst. Voor de attente luisteraar is dat goed te horen, omdat de lage tonen (de “bam”s) steeds meer worden gedempt en de hogere, minder aangenaam klinkende tonen (de “bim”s) worden versterkt. Bovendien veroorzaakt de slijtende klepel schade aan de luidklok zelf.
De restauratie van de afgelopen weken moet het geheel nu weer de juiste balans geven en ervoor zorgen, dat de Onstwedder ‘clockenslagh’ z’n werk kan doen zoals ’t behoort.
De luidklok van de Juffertoren heeft weliswaar geen monumenten-status, maar zonder overdrijving mag worden gesteld dat ’t absoluut gaat om een klok met een bovengemiddeld rijke klank. En daar mogen we best een beetje trots op zijn ! En in elk geval moeten we d’r zuneg op wezen!
N.B.:
Dennis Wubs (zoon van Harm Klaas Wubs & Gea Veldhuis uit de Beukenweg), is klokken-deskundige van beroep. Hij schreef een uitgebreid rapport over de toestand van onze Juffer-klok. Uit dit rapport heb ik diverse gegevens gebruikt. Dennis, bedankt hè!!
Ook Bé Wilzing (drijvende kracht achter onze dorpswebsite) bedankt voor het snuffelen in het dagboek van opa Berend Hanne Wilzing. Opa hield o.a. in 1947 nauwgezet bij welke belangrijke gebeurtenissen er zoal in Onstwedde plaats hadden.
* Hoewel het 'Dagblad van het Noorden' enkele dagen geleden op de voorpagina kopte "Hoog tijd om gerommel aan de klok te staken' ("Woar bemuien zai zok mit!"), is de restauratie van onze luidklok op het moment dat ik deze aflevering schrijf, nog niet helemaal voltooid. De slijtage aan de klepel moet nog worden verholpen. Koster Geert Aike Wubs verzekerde mij echter, dat de restaurateurs uitstekend op de hoogte zijn van de plek waar die klepel hangt...
© Klaas Meijer (k.meijer@onstwedde.info)