• Terug
  • Nieuws
  • Mijn vader runde een schildersbedrijf
25 oktober 2017

In de rubriek ‘Hemd van het lijf’ vraagt redacteur Paul Abrahams inwoners van de Kanaalstreek het hemd van het lijf. Het spits wordt afgebeten door Wim Wubs uit Stadskanaal.

Waar ben je geboren?
Ik ben geboren op 13 april 1944 in Onstwedde. Mijn vader runde een schildersbedrijf in het dorp. We zijn verhuisd naar Groningen, omdat hij een baan kreeg aangeboden als kleuren menger bij het bedrijf Kiewiet & De Jonge. Ik heb mijn tweede verjaardag in de Stad gevierd.

Je bent in militaire dienst geweest?
Zeker. Ik heb na de ULO B en een jaar HBS voor vier jaar getekend als zogeheten KVV’er. Daar heb ik in het kader van job rotation veel verschillende functies verricht. Van commandant Bataljons veldkeukens (5) tot pelotons sergeant. En nog veel meer. Ik heb veel cursussen gevolgd voor instructeur die met wapens, radiocommunicatie en Nucleaire, Biologische en Chemische oorlogsvoering te maken hebben. Ik zou naar de geneeskundige troepen gaan, maar ik heb uiteindelijk na vier jaar niet bijgetekend.

Uitgekeken op het leger?
Een vriend van mij werkte in het Academisch Ziekenhuis in Groningen. Hij zei: volgens mij is werken op de röntgenafdeling van een ziekenhuis wel iets voor jou. Ik heb twee dagen rondgekeken en ik was om. In oktober 1967 heb ik de militaire dienst verlaten en in november was ik aan het werk in het Academisch Ziekenhuis. Ik heb de opleiding tot Radiodiagnostisch – & Therapeutisch laborant gevolgd. Hartstikke leuk. In 1971 ben ik benoemd als hoofd van de afdeling Radiologie van het Refaja ziekenhuis in Stadskanaal. Ik kon ook kiezen uit Leeuwarden en Delfzijl. Van de keuze Stadskanaal heb ik nooit één seconde spijt gehad.”

Heb je een relatie?
Ik ben sinds 20 mei 1966 getrouwd met Menny. We leerden elkaar kennen via de turnvereniging Excelsior in Groningen. Ik was Nederlands jeugdkampioen turnen en ook Menny was een toptalent. We gaven samen trainingen en ook verzorgden we in de provincie Groningen demonstraties om het turnen te promoten. Toen is ergens onderweg de vonk overgeslagen. We hebben zo’n vijf jaar verkering gehad. We hebben drie kinderen. Een dochter is event-manager, een andere dochter is kok/gastvrouw en kan heerlijke taarten bakken. Ze kan zo meedoen aan Heel Holland Bakt. Onze zoon runt in Spakenburg een eigen turnhal en turnvereniging.

Het mooiste plekje in Stadskanaal?
In 1989 zijn we verhuisd naar de Lindenstraat op loopafstand van het Refaja ziekenhuis. Een prachtige locatie met veel natuur en een mooi uitzicht. We willen hier niet meer weg. Al mag de gemeente het trottoir wel wat vaker komen maaien. Stadskanaal is overigens een fijne plaats om te wonen. Alle voorzieningen zijn aanwezig.

Hoe kijk je terug op werken bij het Refaja?
Een fantastische tijd. De technische ontwikkeling heeft bepaald niet stil gestaan, wat dat betreft was het een stormachtige periode. Ik heb verschillende verbouwingen meegemaakt. Van klein tot groot. Zo is mijn afdeling bijvoorbeeld uitgebreid van twee tot acht kamers. In de loop der jaren heeft het Refaja een goede naam opgebouwd. En terecht. Met elkaar moeten we ook proberen om de voorziening in stand te houden. We wonen weliswaar in een krimpregio, maar de vergrijzing neemt snel toe. In 2004 ben ik met pensioen gegaan. Ik kan me niet anders herinneren dan dat de onderlinge relatie tussen de medewerkers altijd goed is geweest. Dat is ook het voordeel van een kleiner ziekenhuis. Iedereen groet elkaar. Nog steeds als ik het ziekenhuis binnenloop – om wat voor reden dan ook – proef ik die sfeer van saamhorigheid. Zo van: wij zijn Refajanen.

Nog last van het zwarte gat?
Integendeel. Natuurlijk heb ik het druk gehad toen ik bij het Refaja werkte – ik was bijvoorbeeld ook actief voor de personeelsvereniging, de ondernemingsraad en de bedrijfsbrandweer en ik verzorgde als bevoegd docent lessen om laboranten op te leiden – maar vandaag de dag heb ik meer hobby’s dan vrije tijd. We hebben genoten van de vakanties met de caravan en ik vind fotograferen en filmen heel erg fijn. Verder vind ik het leuk om te vissen en om te knutselen met hout. Samen met Menny was ik scheidsrechter en jurylid bij turnwedstrijden en ik heb nog een blauwe maandag getennist. Vond de knie niet leuk. Nee, turnen doe ik al heel lang niet meer. De tijd van hangen aan de ringen ligt tientallen jaren achter me.

Bron/foto: Kanaalstreek