De tijd verscholen aan het eind van het jaar
een beetje de rust, een beetje, schijnbaar
De lichtjes gaan branden, vroeg in de schemering
het duister verdrongen door dansende glinstering

De warmte daar binnen, een kachel die brandt
een kop chocolade verwarmt mild mijn hand
Diep in mijn hoofd klinkt zachtjes een fluistering
ergens van ‘t verleden, nu slechts herinnering

De mensen met wie ik mijn leven toen deelde
veel zijn er niet meer, geen tijd die het heelde
Het plaatje gekleurd, soms slechts een arcering
de tinten verweven door bonte schakering

De maand van het jaar, een tijd van bezinnen
wanneer we onpeilbaar en diep van binnen
verscholen, verstopt niet te zien door verwering
bang toe te geven, op zoek naar waardering

De dingen die w’ eerst niet, te weinig bepraat
bemerken ontdekken, vaak veel te laat
Zo is ‘t hele leven in feite een lering
en ik geef het toe, ook slechts mijn ervaring

P. Altena

Mailen mag altijd