Afl. 135 – 11-01-2018: “DAAR  BIJ  DIE  MOLEN,  DIE  MOOIE  MOLEN …….”

Afl. 135 – 11-01-2018: “DAAR BIJ DIE MOLEN, DIE MOOIE MOLEN …….”

Per 1 januari 2018 heeft Koffie- en Theeschenkerij ‘De Meelschuur’ door een combinatie van persoonlijke omstandigheden helaas moeten besluiten de deuren te sluiten. Daarmee is Onstwedde niet alleen een gastvrije horeca-gelegenheid aan een attractieve toeristische route kwijtgeraakt, maar ook de allerlaatste herinnering aan ons ooit zo molenrijke gebied.
Volgens de Molendatabase heeft Onstwedde namelijk in totaal zeker 10 (“Joajoa, ik zegge joe: tiene !”) molens gekend. Een complete lijst van dat tiental hoop ik u binnenkort eens te mogen presenteren.
De laatste twee die verloren zijn gegaan, zijn bij de oudere Onstwedders nog wel bekend. Molen Wubs uit 1895 (het onderstuk staat nog altijd in de tuin van kleinzoon Albert Wubs, Dorpsstraat 78) eindigde z’n aktieve bestaan in 1954. Al in 1943 was de Wubs-molen na een blikseminslag in brand gevlogen, waarbij ook de wieken aan hun einde kwamen. Vrijwilligers uit de buurt hebben dagenlang de handen uit de mouwen gestoken om de ontstane chaos op te ruimen.
Molen Bessembinders/Wolfs stond ooit naast ‘De Meelschuur’ en moest na een hevige storm met Kerst 1955 worden afgebroken. Het gevaar dat de omgeving zou worden getroffen door brokstukken, was té groot. ‘De Meelschuur’ was/is  – als gezegd – het enige restant, dat aan deze markante molen van weleer herinnerde.

Onlangs kreeg ik van mevr. Henny Bosschers-Harkema (van wijlen transporteur Aike Bosschers, die ook talloze ritten uitvoerde voor de Onstwedder Roemenië-werkgroep) uit Vlagtwedde een erg mooie foto van de Bessembinders/Wolfs-molen aan de voormalige Onstwedder haven. De foto kwam uit een oude doos van Henny’s moeder Nonnie Harkema-Meijer († 2015). Er was ook nog eens een opmerkelijk verhaal aan verbonden.
Zoals u aan de tekst op de foto kunt zien is de foto kennelijk gemaakt door een Duitstalig iemand in augustus 1952. Klopt. De fotograaf in kwestie is namelijk ene Julius Rummel, een Oostenrijker.
Wat deze Julius dan wel in Onstwedde deed ? Wel, Nederland behield gedurende de 1e Wereldoorlog (1914-1918) z’n neutraliteit en kreeg daardoor van de ellende die deze oorlog met zich mee bracht, slechts een staartje mee. Dat was elders wel anders ! Zo kwam bijv.  de toen nog jeugdige Julius Rummel een tijdlang als refugié, - als ‘hongerlapje-kind’ zeg maar -, te gast in het gezin van schoenmaker Harm (‘Fiedel’) & Hindertje Meijer aan de Luringstraat.
In diezelfde tijd kwamen trouwens plm. 30 Oostenrijkse kinderen• naar Onstwedde om weer op krachten te komen. (Zo bleken naastenliefde en gastvrijheid ook 100 jaar geleden kwaliteiten te zijn, waarvan de Onstwedders de diepere betekenis goed begrepen. Gedurende W.O. II werd dat in de zorg voor een grote groep m.n. Rotterdamse oorlogs-slachtoffers opnieuw en nadrukkelijk duidelijk).
In de jaren 1940-’45 moet onze Julius opnieuw diepgaand de ellende van een oorlog ervaren. Nu van de 2e Wereldoorlog. Bovendien moet hij nu – gedwongen – als soldaat dienen. Zo maakt hij deel uit het Hitler-leger dat in 1941 moet proberen Rusland in te lijven. Wonder boven wonder overleeft Julius deze barre veldtocht en zit een aantal jaren krijgsgevangen. Desalniettemin staat hij in de zomer van 1952 opnieuw bij de familie Meijer voor de deur. “Wegen der guten, alten Erinnerungen …….”, zo krijgen ze van een emotionele Julius te horen. Het ophalen van goeie ouwe herinneringen doet hem echter merkbaar goed.
Meijer-dochter Nonnie, die Julius alleen uit verhalen kende, krijgt zo de foto van de Onstwedder molen die deze aflevering siert. Met die foto als voorbeeld maakt ze in de jaren van haar ouderdom een fraaie potloodtekening van diezelfde molen. Die zullen we u een andere keer laten zien.
Richting Oostenrijkse Julius Rummel kunnen we postuum slechts zeggen:”Danke vielmals, Herr Rummel. Es ist das beste Foto das von der alten Mühle erhalten geblieben ist !” (‘Zeer bedankt meneer Rummel. ’t Is de beste foto van de oude molen die bewaard is gebleven’).

• Eén van die andere kinderen was Theresia Hanker uit Wenen. Zij was in 1922 als 16-jarige te (honger)gast bij de fam. Jan Kruize. Via een verzoek van diezelfde Jan kwam ze enkele jaren later (1925) terug om het gezin Kruize te helpen. In 1928 trouwde ze met de jong weduwnaar geworden zoon Albert Kruize (jarenlang o.a. de vaste organist in de Herv. Kerk). Theresia was een zeer beminnelijke vrouw, die vele jaren een kruidenierswinkeltje dreef aan de achterzijde van het pand, waarin nu Schoenenhuis Drenth (Dorpsstraat 36) is gevestigd.
(Met dank aan Henny Bosschers voor de foto's en aan Geert Wilts voor de nuttige aanvullende informatie).

© Klaas Meijer