- Terug
- Zo was 't
- “Misschien is er hoop..." (“[Oelaaj jeesj tiqwaah]” - Klaagliederen 3: 29b)
“Misschien is er hoop..." (“[Oelaaj jeesj tiqwaah]” - Klaagliederen 3: 29b)
Afl. 122 – 27-04-2017
Volgende week is het 4 mei. De dag waarop we de slachtoffers van de 2e Wereldoorlog (en van de vredesmissies daarna) herdenken bij het monument op onze Brink. Speciale aandacht geven we daarbij aan de 24 mensenlevens die deze rampzalige oorlog in ons eigen dorp kostte. Dat herdenken doen we sinds 1988, toen het monument in gebruik genomen werd, massaal en dat voelde vanaf het begin écht meelevend, warm aan. We bleken met elkaar deksels goed door te hebben dat de tekst op het monument, - “Nooit meer” -, minstens één avond per jaar nieuwe diepgang behoeft, dat een stukje herbeleving noodzaak is. Als de namen van de slachtoffers worden gelezen met de leeftijden erbij, dan wordt ’t je immers ook koud om het hart. Een tijd zoals in die vijf afgrijselijke jaren moeten we toch asjeblieft ‘Nooit meer’ hoeven mee te maken… Nee, nooit meer!!
Oorspronkelijk zou het een gecombineerd Nederlands-Brits-Joods monument worden. Met alleen de tekst “Nooit meer” en een kruisteken. Toen ik hierover indertijd contact opnam met dr. Hamburger in Groningen (deskundig op het gebied van Joods denken en voelen), raadde hij ons aan om voor de 10 (!) Joodse oorlogsslachtoffers toch een apart deel van het gedenkteken te reserveren. Niet omdat die Joodse slachtoffers meer zouden betekenen dan de anderen, maar uit een diepere vorm van respect. Ik kon voor zijn redenering begrip opbrengen en m’n Ocrea-collega’s gingen daarin mee. Zo is de liggende gedenksteen in de voet van het gedenkteken er gekomen.
De toenmalige predikant van de Gereformeerde kerkgemeente, ds. M. Spriensma, speurde in het Oude Testament van de Bijbel diepgaand naar een passende tekst voor dat deel van het monument. Die vond hij uiteindelijk in het boek Klaagliederen, hoofdstuk 3 vers 29b: ”Misschien is er hoop.”
‘Klaagliederen’ is geschreven over de nood van het volk Israël tijdens en na de belegering van Jeruzalem in 586 v. Chr. Op de 9e van de maand Ab, de herinneringsdag in de Joodse kalender van de verwoesting van de tempel, wordt ‘Klaagliederen’ nog altijd in hun godsdienstbijeenkomsten gebruikt.
Mag ik aannemen dat u, net als ik, het nieuws dat dagelijks tot ons komt regelmatig ’s op u in laat werken? En gaat ’t u dan misschien in toenemende mate net als ’t mij vergaat? Dat je je afvraagt naar wat voor een wereld wij in vredesnaam onderweg zijn? Dictaturen lijken als paddenstoelen uit de grond te rijzen, waarbij mensenrechten worden ingeperkt en zelfs totaal vertrapt; waarbij elke vorm van kritiek wordt gesmoord; waarbij bevoordeling van familie en vriendjes tot norm wordt verheven; waarbij… het aantal slachtoffers niet meer te tellen is en aan het eind helemaal niet meer te tellen zal zijn.
De landen waaraan ik daarbij denk, zijn al lang niet meer op de vingers van twee handen te tellen. Noord-Korea, Syrië, de Filippijnen, Venezuela, Eritrea en nog een hele riedel andere Afrikaanse staten, Rusland, Turkije... En hoe moeten we de V.S. sinds begin dit jaar waarderen?
Turkije is het meest recente voorbeeld van een land dat zijn president Erdogan, als dictator-in-wording, een dictators-troon heeft aangeboden. Je vraagt je af: ”Hoe gek moet je als burger van een (democratisch?) land worden om alle macht te leggen in de handen van een narcist, van iemand die ziekelijk verliefd is op (alleen) zichzelf en (alleen) z’n eigen doen en laten?”
Maar wat hebben wij eigenlijk geleerd van de 2e Wereldoorlog? Hebben wijzelf na 1945 wel écht ons best gedaan om een betere wereld te grondvesten? Of vonden we een steeds beter gevulde portemonnee voldoende?
Laten we ons maar ’s ernstig afvragen, of bij ons anno 2017 de bereidheid (nog) aanwezig is om het ‘Nooit meer’ van ons 4 mei-monument daadwerkelijk gestalte te geven!
De dreiging van nieuwe Hitler-tijden lijken immers steeds dichterbij te komen. Plus de enorme kater die daarop onvermijdelijk volgt! (De tekening bij deze aflevering geeft dit ontnuchterend duidelijk weer. Hij komt uit het herinneringsalbum ‘1940-1945’ van de bekende tekenaar L.J. Jordaan van ‘De Groene Amsterdammer’).
De hoofdtekst op ons monument doet sterk denken aan: “Zo’n rottijd willen we ‘nooit meer’”. Een heel menselijke reactie, die ook wilskracht ademt.
De tekst op het voetstuk is gebaseerd op de eeuwen van ellende die de Joden meemaakten en die desondanks hun Godsvertrouwen niet verloren: ”Misschien..., - al word je ook geslingerd tussen hoop en vrees -, …tóch mogen we gespannen uitzien naar de toekomst die Hij zal brengen.”
Maar ook die tekst en z’n diepe betekenis heeft – mag ik ’t zo noemen? – onderhoud nodig. Misschien zelfs nog wel meer dan de hoofdtekst. Misschien is ‘t wel een heel praktisch teken aan de wand, dat de liggende Klaagliederen steen aanzienlijk meer onderhoud nodig heeft dan de staande, doordat wind en zanddeeltjes er schurend op inwerken...
De combinatie van beide teksten op het Onstwedder gedenkteken kon anno nu wel ’s sterker zijn dan wij toen konden bevroeden. Maar één ding is daarbij óók zeker: als je je inspiratieloos overgeeft aan hoogmoedskraaiers van de 21e eeuw, dan heeft ‘Nooit meer’ al z’n kracht verloren en zal zelfs het ‘misschien’ van de ‘hoop’ vervliegen.
4 mei 2017 wordt m.i. een heel waardevolle herdenking.
© Klaas Meijer (k.meijer@onstwedde.info)