29.05.2018 Wilma Bontan

Wilma Bontan woont sinds 2011 samen met haar man in Onstwedde, in Vledderhuizen. Ze werkt in Stadskanaal, in het hospice Veen en Wolden, het Tineke Breiderhuis. Op een zonnige middag in mei hebben we een afspraak op haar werk.

Ik heb nooit eerder een hospice bezocht, het is voor mij onbekend terrein. Wat mij opvalt bij binnenkomst is de huiselijke sfeer en de vrolijke kleuren. Het rode zitmeubilair en de houten vloeren doen warm aan.

Wilma ontvangt me in haar haar werkkamer. Samen met een collega is ze als zorgcoördinator verantwoordelijk voor het dagelijks reilen en zeilen in het hospice. In haar werk komt haar opleiding als verpleegkundige en haar 40 jaar ervaring in de zorg goed van pas.
Ze vertelt dat haar werk erg afwisselend is. Er worden nieuwe gasten bezocht, thuis of in het ziekenhuis. Er vinden evaluatiegesprekken plaats met familieleden. Ook het maken van dienstroosters voor vrijwilligers en andere praktische zaken zoals het laten repareren van een losse gordijnrail, behoort tot haar takenpakket.
Daarnaast is Wilma het aanspreekpunt voor de vrijwilligers, de gastdames en –heren. Zij doen hun werk graag, maar op sommige momenten kan het ook zwaar zijn. Dan kan het fijn zijn om een klankbord te hebben.
Over het werken in het hospice zegt Wilma: “het is een verademing om na zoveel jaren in de zorg echt tijd te hebben voor de gasten en vrijwilligers. Dat heb ik in de zorg vaak gemist”.

Wilma vertelt dat het hospice is bedoeld om een thuissituatie te creëren voor mensen die ernstig ziek zijn, van wie de levensverwachting korter is dan 3 maanden en die niet meer in hun eigen huis kunnen of willen wonen. “Om het hospice 24 uur per dag draaiende te kunnen houden zijn overdag en ’s avonds steeds twee gastdames of -heren aanwezig”, vertelt Wilma. Ze doen o.a. huishoudelijke taken zoals koken, koffie en thee zetten, boodschappen doen, wassen en strijken. Daarnaast is het voorlezen van een boek, bij iemands bed zitten om een luisterend oor te bieden of het maken van een wandelingetje met de gasten ook een belangrijk deel van het werk van de gastdames en -heren. De vrijwilligers doen er alles aan om het voor de gasten van het hospice in deze laatste fase van hun leven zo prettig mogelijk te maken. Er wordt in het hospice niet gesproken over patiënten, maar over gasten. De gasten hebben de regie en kunnen in alles hun wensen aangeven.

“We hebben in totaal zo’n 70 vrijwilligers in dienst, maar we kunnen altijd nieuwe mensen gebruiken”, zegt Wilma. “Voor het werk als vrijwilliger is geen speciale opleiding vereist. Er wordt wel een online cursus aangeboden die is samengesteld door de VPTZ (vereniging voor Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg). Na een evaluatie van de cursus, samen met de coördinatoren, ontvangt de vrijwilliger een certificaat”.

Ze vertelt verder dat de professionele verpleging en verzorging wordt gedaan door de thuiszorg, die een aantal keren per dag langskomt. ’s Nachts is er van 23.00 – 7.00 uur continu iemand van de thuiszorg aanwezig. Als het qua afstand mogelijk is blijft de gast zijn of haar eigen huisarts houden.

Volgens Wilma bestaan er over het hospice nog veel misverstanden. Zo wordt vaak gedacht dat het verblijf in een hospice erg duur is. Met giften van instanties, bedrijven en particulieren en bijdragen van de overheid en gemeenten wordt het grootste deel van de kosten betaald. Elke gast betaalt een eigen bijdrage van € 40,00 per dag. Daarvan wordt € 35,00 vergoed door de zorgverzekering wanneer iemand aanvullend verzekerd is. Wanneer iemand de eigen bijdrage niet kan betalen wordt gezocht naar een oplossing.
Ook is het een misverstand dat een hospice alleen is bedoeld voor mensen zonder familie of vrienden. Iedereen die terminaal ziek is en die zijn of haar laatste levensfase niet thuis kan of wil doorbrengen kan terecht in het hospice.

Na het interview krijg ik een rondleiding door het huis. Het hospice heeft 3 kamers voor de gasten met een eigen badkamer met aangepast sanitair. De kamers zijn modern gemeubileerd, maar de mogelijkheid bestaat om eigen meubilair mee te nemen. Er is een grote huiskamer met een zithoek en een grote tafel met zes stoelen. De serre in de huiskamer biedt uitzicht op de tuin en het terras.  Met het mooie weer van vandaag staan de tuindeuren open. Er is een open keuken met koelkast en koffie- en thee voorzieningen.

Er is een centrale keuken waar de gastvrouwen en -heren de maaltijden bereiden. Maar de gasten en hun bezoekers mogen ook zelf koken als ze dat willen.

Het hospice beschikt over een logeerkamer voor bezoekers die verder weg wonen.
Sinds de opening van het hospice in december 2017 zijn de gastenkamers bijna continu in gebruik.
Hieruit blijkt dat met het hospice in Stadskanaal wordt voorzien in een behoefte in deze regio.

Ik vraag aan Wilma wat ze het mooiste vindt aan haar werk in het hospice. “In gesprekken die na het overlijden met familieleden worden gevoerd,  wordt vaak waardering uitgesproken voor het werk dat wordt gedaan in het hospice. Het is voor mij een uitdaging om de gasten en hun bezoek zoveel mogelijk ‘’thuis” te laten voelen. Dat geeft mij veel voldoening”, zegt ze.

Wellicht is er iemand die na het lezen van dit interview interesse heeft gekregen om als gastvrouw of gastheer aan de slag te gaan. Zoals al gezegd door Wilma, u bent van harte welkom om eens langs te komen voor een kennismaking.

Mijn voorstelling van een hospice is inmiddels behoorlijk bijgesteld. Wilma, bedankt dat je mij en de lezers over je werk en het hospice hebt willen vertellen.