- Terug
- Nieuws
- Waren de ONSTWEDDERS altijd BRAVERIKEN??? - Deel 2
Waren de ONSTWEDDERS altijd BRAVERIKEN??? - Deel 2
‘Taikens & Toal’ is een co-productie voor Onstwedde.info van kunstschilder Geert Schreuder (taikens/tekeningen) en Klaas Meijer (toal/teksten) over het Onstwedder wel en wee van toen, met een knipoog vanuit het heden.
*************************************************************************
Deze keer een knipoog van Geert naar Klaas z’n verleden (zoals de aflevering getuigt).
AFL. 91 – 13 oktober 2025:
WAREN ONSTWEDDERS VROEGER ECHT ZULKE BRAVERIKEN*?
EN ZO JA, ZIJN ZE DAT DAN ANNO 2025 NOG STEEDS? < DEEL 2 >
Dat de stichting van een Kruisherenklooster in Ter Apel (1465) mogelijk gemaakt werd door een meer dan royale schenking van de Onstwedder boerenzoon / pastoor Jacobus Wilting, is tot op heden nog steeds nauwelijks de moeite waard gebleken om aan te refereren. Oók in de beschrijvingen van het Klooster zelf komt de naam Wilting nauwelijks voor.
Hoewel de 80-jarige oorlog van de latere Republiek der 7 Verenigde Nederlanden tegen de Spaanse bezetter (1568 – 1648) vanuit Westerwolde begon, bleef ernstige oorlogs-ellende onze streek gelukkig bespaard. Wel werd Westerwolde na die oorlog van een min of meer zelfstandige ‘Heerlijckheyt Westerwolde’ al snel tot een ‘Generaliteitsland’ gemaakt, d.w.z. rechtstreeks onder de Staten-Generaal vallend. Kort daarna werden we echter alsnog in het kader van de Republiek van de 7 Verenigde Nederlanden, onderdeel van het Gewest Groningen. De Stad deelde vanaf toen, nog meer dan daarvoor, de lakens uit in Westerwolde. Én … diezelfde Stad zorgde ervoor dat de geschiedschrijving van de provincie een nóg sterker Stads-karakter kreeg.
* * * * * * * * * * *
Gebeurde er in die eeuwen van 1500 – 1900 dan verder niets wat de moeite van het vermelden waard is? Als we heel eerlijk zijn (en dat duurt nog altijd het langst!) niet zo heel veel. Ik heb het zgn. ‘Consistoriaelboek’ van de Hervormde Gemeente van Onstwedde uit de periode 1698 – 1776 er nog ’s rustig op nagelezen. Daaruit blijkt dat het merendeel
van de klachten die bij de kerkenraad binnenkomen aan de vooravond van een viering van het Heilig Avondmaal (het zgn. ‘censura morum’), te maken heeft met – zeg maar – ‘dorpse roddeltjes’, kleine vechtpartijtjes of een overmatig drankgebruik. Dat laatste was trouwens niet zo merkwaardig als je in aanmerking neemt dat bijvoorbeeld de boetes, die in de zgn. ‘Boer-wilkeuren’ (= plm. de dorpswetjes, waarin de ‘noaberschap’ was vastgelegd) voorkwamen, meer dan eens in (vaten) bier moesten worden afgerekend.
In verreweg de meeste gevallen werden de via de ‘censura morum’ aangekaarte problematische dorpsroddels en handgemenen, door bemiddeling van predikant en kerkenraadsleden, afgesloten met: “… en hebben partiën sich met onderlinge handtgevinge weder versoent...”
Moeilijker ging het vaak als er een erfenis verdeeld moest worden. Niet voor niets luidt het dorpse gezegde nog altijd “Erfenissen? Ergernissen!” Toch komen ook in het zgn. ‘Protocol van civiele zaken’ die voor de (door de Stad Groningen benoemde…) Richter van Westerwolde kwamen, in de periode 1628 – 1634 erg weinig Onstwedder namen voor. En de familienamen die opduiken, komen meestal meerdere keren voor. Dat waren een soort beroeps-herriemakers zeg maar.
Gebeurde er in 4 eeuwen dan écht niets wat alle perken te buiten ging? Nou, eigenlijk niet. Alleen de (mogelijke) moord op Sicco Frouws zou misschien het vermelden waard zijn. Wanneer precies en door wie dat gebeurd is weten we echter totaal niet. Het verhaal gaat, dat de Sikkenberg onder Ter Maarsch niets met geiten/sikken te maken heeft, maar dat de naam gegeven is ter herinnering aan de vermoorde Sicco. Vermeldenswaard is nog, dat de boeren van Onstwedde/Veenhuizen en Ter Maarsch rond 1780 een fikse lap veengrond uit hun gemeenschappelijk markebezit overdoen aan – hoe kan ’t anders – de Stad Groningen. Die laat in die veenstrook het Stads-kanaal graven,
waarna aan beide zijden van het kanaal vrij snel bewoning komt. Ook een aantal Onstwedder boeren verhuist dan naar de nieuwe veenkolonie, omdat ze daar kennelijk een betere toekomst zien dan op hun familie-erfgrond.
Het Onstwedder leven verloopt ook in de 19e opnieuw rustig. Oude waarden en tradities blijven hoog scoren. Onstwedde mag bovendien na de Franse tijd (1795-1815) samen met Stadskanaal-in-wording verdergaan als de zelfstandige ‘Gemeente Onstwedde’. Een stevige dreun kreeg het zelfvertrouwen van de Onstwedders toen hun gemeentehuis uit Onstwedde verdween en werd overgeplaatst naar het sterk gegroeide Stadskanaal. De veenkolonie die was ontstaan op Onstwedder/ Veenhuizer grond, maar waar – al weer – de kapitaalkrachtige Stad Groningen de macht had overgenomen /-gekocht.
De eerste jaren van de 20e eeuw worden voor Westerwolde van wezenlijke betekenis. Niet alleen worden vele wegen verhard en trottoirs aangelegd, maar ook het graven van het Ruiten- en het Mussel-Aa-kanaal biedt nieuwe kansen. Onstwedde krijgt zelfs een haven.
Te gek man! Kunstmest kan nu per schip aangevoerd en landbouwprodukten kunnen naar de diverse markten verscheept worden. De handel- en middenstandsaktiviteiten bloeien op als nooit tevoren. Onstwedde voelt zich opgestuwd in de vaart der volkeren. En wie weet wat het toekomstperspectief zal zijn?
In 1929 wordt daarom de dorpsvereniging ‘Onstweddes Belang’ opgericht om verdere ontwikkelingen te stimuleren en te begeleiden.
Bij dit alles blijft de sterk-sociale Onstwedder / Westerwoldse mentaliteit behouden. Dat blijkt bijv. wanneer tijdens/na de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) een aantal refugiés uit Duitsland en Oostenrijk in Onstwedde gastvrij worden onthaald.
Erg triest is ‘t evenwel, wanneer eind juli 1932 Onstwedde uitgebreid de landelijke pers haalt. De reden daartoe is een zeer brute moord op de Höfte. Het blijkt al vrij snel, dat deze misdaad is begaan door een (stief)kleinzoon van het 77-jarige slachtoffer, Everwijn Huiting.
Samen met een vriendje was hij uit op (een deel van) opa’s spaargeld. En toen die dat niet wilde geven… Uiteindelijk bleek het bij totale spaargeld om de “geweldige som” van ƒ 60 te gaan (omgerekend ca. € 27)…
- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
* Een ‘braverik’ is volgens het (dikke) Van Dale-woordenboek een ietwat verouderde, beetje neerbuigend-grappige benaming voor een “braaf mens”. Maar de benaming “braaf”, zo staat in datzelfde woordenboek, betekent ook :”bewust van zijn plichten, deugdzaam, rechtschapen”!!!
© Geert Schreuder (de “Taikens”) en Klaas Meijer (de “Toal”)