• Terug
  • Nieuws
  • Henk Bleker: ’We hebben ons vergist’
12 oktober 2019

Oud-Onstwedder Henk Bleker over stikstofcrisis: ’We hebben ons ontzettend vergist’

Afgelopen zomer kroop hij door het oog van de naald, maar nu knokt Henk Bleker als vanouds voor het boerenbelang. In een interview blikt de oud-staatssecretaris terug op zijn aandeel in de stikstofcrisis en waarschuwt hij politiek Den Haag voor het maken van nieuwe afspraken met Brussel, zoals rond het thema klimaat. „We hebben onszelf overschat met Natura 2000-gebieden. Laat dit een wijze les zijn.”

Henk Bleker knokt niet meer aan de Haagse vergadertafels maar vanaf zijn boerderij in Vlagtwedde voor het boerenbelang.

Op zijn boerderij in het Groningse Vlagtwedde, ver weg van de Haagse vergadertafels, voelt Henk Bleker (66) zich het meest thuis. Iedereen kent hem hier én hij kent iedereen. Op deze plek spreekt de oud-staatssecretaris van Economische Zaken en Landbouw openhartig over zijn bizarre zomer en de wilde herfst met het boerenprotest op het Malieveld als hoogtepunt.

Het Malieveld in Den Haag staat op 1 oktober vol met trekkers van demonstrerende boeren.

Dat de strijdlustige CDA-prominent weer vol energie is, mag een wonder heten. Afgelopen juli, op een volstrekt normale dinsdag, was voor hem het einde van zijn leven dichterbij dan een mens zich kan voorstellen. „Vijf minuten later in het ziekenhuis en het was voorbij geweest.”

Nog altijd vol verbazing: „Het weekend daarvoor heb ik 18 kilometer gelopen, zelfs trappen opgerend in Parijs met mijn dochtertje op mijn nek. En potverdikkeme, op een dinsdag na een aantal vergaderingen ging het mis. Op het moment dat ik op mijn trekkertje wilde zitten om de weilanden te klepelen. Een groter gevoel van vrijheid bestaat niet.”

Bleker doet vanaf zijn luie stoel het ronkende geluid van zijn landbouwvoertuig na. „We zijn even oud. Ik grapte nog tegen mijn trekkertje: ’Ik ben er nog. Doe jij het ook nog?’ Ik trok aan de choke en toen gebeurde het.” Drie schokken ter hoogte van zijn sleutelbeen. Hij weet direct dat het mis is en vraagt zijn zoon om 112 te bellen. Bleker blijkt een dissectie in de aorta te hebben. Op ernstige toon vervolgt hij: „Dan zijn er maar twee routes: óf je bent snel overleden, óf je bent heel snel in het ziekenhuis. Dat laatste is mij gelukt. Ik heb heel veel geluk gehad.”

Drie weken lang verblijft hij in het academisch ziekenhuis in Groningen, gevolgd door drie weken revalidatie. Bleker voelt zich nu weer goed. Voor de buitenwereld is geen verandering waarneembaar. Sterker nog: bij het boerenprotest op het Malieveld was hij weer springlevend.

U sprak daar vol begrip richting de boeren, kunt u de woede uitleggen?

„Het protest richt zich tegen onbegrip bij sommige politici in Den Haag. Soms denken ze precies te weten hoe de toekomst van de boer eruit moet zien, terwijl ze zelf nog geen bloempot met grond hebben. Ik zeg altijd: als de politiek zegt dat boeren en tuinders naar links moeten, dan moet je dat vooral niet doen. Advies van de politiek moet je wantrouwen. De politiek heeft maar één ding te doen: heldere randvoorwaarden scheppen en zekerheid bieden voor de lange termijn. Dan maakt ieder boerengezin of tuindersfamilie zijn keuze met twee criteria: zich houden aan wet- en regelgeving, die uitvoerbaar moet zijn, én leven in harmonie met de omgeving. Verder moet men in Den Haag de boeren een beetje met rust laten.”

Daar is geen sprake van.

„Nee. Het een volgt op het ander. Dan roept men weer: geen grondstoffen voor Nederlands vee uit een ander continent. Dat zeggen we toch ook niet tegen een fabriek die onderdelen haalt uit Noord-Amerika? Er zijn politici die willen dat we alleen voedsel produceren voor West-Europa of zelfs alleen Nederland. VDL NedCar hoeft toch ook niet alleen auto’s te produceren voor ons land? Dat kan natuurlijk niet. Maar tegen de boeren zeggen we het wel.”
Komende week is het stikstofdebat in de Tweede Kamer en komen boeren weer naar Den Haag, is dat verstandig?

„Daar heb ik eigenlijk geen oordeel over. Dat ze blijven duwen na het protest van 1 oktober begrijp ik wel.”

Bent u niet bang dat ze hiermee krediet verliezen?

„We moeten geen gedonder hebben. Als ik zelf in Den Haag loop, spreekt iedereen vol lof over de actie. Het heeft echt indruk gemaakt. Er was een gevoel van: ’kijk, zij doen het maar even’. Kritiek hebben we allemaal. De boeren zijn gewoon na middernacht gaan rijden met een paar kannen koffie en witte bolletjes met ham en kaas. Zij durven wel. Het heeft natuurlijk wel wat voor mensen in de stad: zo’n grote tractor met van die stoere kerels en vrouwen. Dat is toch veel indrukwekkender dan een jongeman met een paardenstaart op een bakfiets?”

Boeren krijgen de schuld van allerlei uitstootproblemen, waarom bent u daar zo boos over?

„Ze krijgen zelfs de schuld van het feit dat Nederland op slot staat. Dat er geen woningen kunnen worden gebouwd. Dan staat er zo’n politicus op televisie te vertellen dat het komt door een stikstofprobleem dat we hoofdzakelijk te danken hebben aan de boeren. Dan wordt even vergeten dat er in de afgelopen twintig jaar zo’n honderdduizend hectare boerengrond beschikbaar is gekomen voor natuurontwikkeling ter versterking van Natura 2000-gebieden. Er is de laatste decennia zo’n 500.000 hectare landbouwgrond beschikbaar gekomen voor de bouw van woningen en uitbreiding van wegen. Boeren hebben meegewerkt aan alles. En nu is er een stikstofprobleem en krijgen boeren het snoeihard in hun gezicht gesmeten. Dan ben je bij ons, de mensen van het platteland, echt aan het verkeerde adres. Dáár zijn ze te ver gegaan: met het zo eenzijdig neerleggen van het probleem bij de boer.”

Heeft Nederland een stikstofprobleem?

„Nee. Er is een probleem met ruim honderd gebieden waar we bepaalde natuur willen realiseren en dat lukt niet. Dat heeft heel veel oorzaken.”

Stikstof, zegt de rechter.

„Een van de oorzaken is dat er te veel stikstof neerdaalt. Daardoor gaat er natuur groeien waarvan we eigenlijk niet willen dat het gaat groeien. Het zorgt dat bepaalde grassen en plantensoorten die we wel willen overwoekerd worden. Dat is het probleem. Stikstof is een groeizaam middel. Daar groeien onze bomen van, onze aardappelen.”

Nu remt stikstof de groei van Nederland.

Bleker grijnst kort. „Omdat het niet goed gaat in die Natura 2000-gebieden ligt het land plat. Stikstof wordt aangewezen als de belangrijkste veroorzaker. Dat is een beetje bijzonder. Als we naar die natuur kijken zijn er allerlei factoren van invloed. Dat is inderdaad stikstof, maar ook neerslag, grondwaterstand, kwaliteit van het grondwater, natuurlijke mest uit omliggende gebieden, recreatiedruk, onvoldoende beheer en een heleboel andere dingen die de natuur in de weg kunnen staan.”
De Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) moest activiteiten van mensen mogelijk maken bij die Europees beschermde natuurgebieden. De rechter heeft daar een streep doorgezet en nu wijst iedereen naar u als verantwoordelijk staatssecretaris.

„De kiem is gelegd door Kamerleden Ger Koopmans (CDA red.) en Diederik Samsom (PvdA red.). Zij hebben het bedacht in een periode dat het heel slecht ging in Nederland. Overal lagen investeringen plat omdat er geen vergunningen mochten worden afgegeven in de buurt van Natura 2000-gebieden. Dit systeem is bedacht om het weer op gang te krijgen.”

U wijst nu wel heel makkelijk naar Kamerleden. U was verantwoordelijk in het kabinet.

„Er is een hele stoet aan politici en bestuurders verantwoordelijk. En in die stoet loop ik ook. De PAS was echt een heel intelligent systeem. Eerst werd een vergunning gegeven waarbij de stikstofuitstoot tijdelijk toenam, maar wel onder de garantie dat het na een aantal jaren juist minder zou worden. Tegelijkertijd zou er groots gewerkt worden aan het herstel van natuurgebieden.”

Waar ging het mis?

„De Raad van State heeft steeds gezegd dat het strikt moet worden uitgevoerd. Dus waarborgen dat de beloftes worden waargemaakt. Daar zat het risicogebied. Dat hebben we met z’n allen gezien, maar we dachten dat het goed zou komen. Toen kwamen de juridische procedures. Juist op het punt van waarborgen zijn we met z’n allen nat gegaan.”

Heeft Den Haag zitten snurken?

„We hebben het niet voorzien of met z’n allen onvoldoende voorzien. Alle serieuze grote politieke partijen hebben meegewerkt aan de PAS. Kijk, GroenLinks en de Partij voor de Dieren waren gewoon tegen omdat ze geen economische ontwikkeling wilden en geen groei van de agrarische sector. Alleen SGP had twijfels over de juridische kant. Als ik heel eerlijk ben is het de enige partij die recht van spreken heeft in dit dossier. Ze waren niet om politieke redenen kritisch, maar echt op de inhoud.”

De Natura 2000-gebieden waren volgens u ook onderdeel van het probleem. Als staatssecretaris wilde u de snoeischaar zetten in deze zones. Is dat gelukt?

„We zijn niet verder gekomen dan drie gebieden.”

Waarom lukte het niet?

„Eind jaren negentig heeft Nederland zich verbonden aan Europese natuurdoelstellingen. We willen natuurlijk braaf uitvoeren wat we met Brussel hebben afgesproken. Minister Cees Veerman is gekomen tot een voorlopige aanwijzing van 165 gebieden. In mijn periode moest het komen tot een definitieve aanwijzing. Ik leefde nog in de veronderstelling: voorlopig is voorlopig.”

Maar voorlopig is in Brussel niet voorlopig?

„In die periode speelde de PAS. Ik had met velen het idee: dat krijgen we wel rond, die herstelmaatregelen. Maar ik had wel twijfel bij sommige Natura 2000-gebieden. Die lagen zo dicht in de buurt van economische activiteiten. Dat is vragen om problemen. Of gebieden die zo klein waren dat ik dacht: ’moet dat wel?’. Maar zo’n voorlopige aanwijzing bleek al een juridische status te hebben. Ik moest met een batterij aan ecologische argumenten komen om te schrappen. Ik heb daar maandenlang met ambtenaren over gedebatteerd om dat aantal terug te brengen. Steeds kreeg ik als reactie: ’meneer de staatssecretaris dat is juridisch bijna onmogelijk, dat zal de Europese Commissie niet accepteren.’”

Wat heeft Nederland op zo’n moment nog te zeggen over Nederland?

„Verdraaid weinig. Op het moment dat ik daarmee werd geconfronteerd dacht ik ook: dus zo werkt Europa. Of beter gezegd: zo werkt Brussel. En zo gaat het nog steeds, kijk maar naar een thema als klimaat.”

Hoe bedoelt u dat?

„Het begint met grote internationale doelen. Nederland wil vaak niet de beroerdste zijn, dat hebben we ook met natuur gedaan. Wij willen voortrekker zijn. Dus wij tekenen voor die grote doelen. In feite ben je dan al in de fuik gezwommen. Die grote doelen komen vanuit Brussel terug met een verzoek: wilt u dat ook even in concrete maatregelen benoemen. Wij wijzen 165 voorlopige Natura 2000-gebieden aan en kunnen vervolgens geen kant meer op. We hebben ons ontzettend vergist. De druk vanuit verkeer, landbouw, wonen en economie totaal onderschat.”

Uw partij, het CDA, werkt er net zo hard aan mee.

„Jazeker. Er is niemand met schone handen. Zolang het abstract is, vinden we het ook mooi hé. Dan nemen we een motie aan of een resolutie op het partijcongres. Dát is allemaal makkelijk gedaan. Tot je jaren later tot de conclusie komt: de snelheid moet van 130 naar 100, de woningbouw ligt stil en boeren kunnen niet uitbreiden of moeten stoppen.”

Nederland lobbyt in Brussel voor een nog strenger klimaatbeleid in 2030: niet 49 procent CO2-reductie, maar 55 procent.

„Het kan best zijn dat we over vijftien jaar tegen de onmogelijkheden van doelstellingen aanlopen waar we zelf voor getekend hebben. Soms zijn we te idealistisch en niet nuchter genoeg. We vragen ons te weinig af: kan het wel?”

Bron/foto: Telegraaf