De brink is van oorsprong de boerengebruiksruimte waar het vee werd verzameld, om daarmee als kudde naar de gemeenschappelijke weidegronden te gaan. De brink lag dan ook van oorsprong aan de rand van het dorp (vergelijk het Engelse brink = rand).

We kennen zowel de gemeenschappelijk gebruikte brinken als de brinken die slechts tot één boerderij behoorden. In de nieuwe tijd nam de bebouwing rond de brink toe, waardoor brinken zich steeds vaker binnen het dorp bevonden. Op veel brinken heeft het gras inmiddels plaats gemaakt voor stenen, en doet de brink nu als dorpsplein dienst met vee- en goederenmarkten.

Dorpen met een brink worden ook wel brinkdorp genoemd. De functie van plein is echter duidelijk secundair ten opzichte van de vroegere agrarische functie.
Lougbrink was vroeger de naam ter onderscheiding van Woldbrink.

Bron: Onstwedder straatnamen, hun herkomst en betekenis. Onstwedder erven, bewoning van Onstwedde in 1829 door Harm Luring en Wikipedia
 

 

Brink